Verslag voorjaarstocht 2025
Verslag CZT-voorjaarstocht 18-21 april
Het is vrijdag 18 april wanneer wij, twee aspirant opstappers, Otto en Dirk, nieuwsgierig en verwachtingsvol rond 11-en arriveren in Ketelhaven en inschepen op de Arcadia van schipper Marti. Ook Erik, een oudgediende CZT-er met een gigabyte aan zeemijlen in zijn bagage, is inmiddels gearriveerd. Koffie met smeuïge boterkoek – van de beste bakker van Amstelveen – helpt om de kennismakingstongen los te maken. Dit groepje lijkt aardig te matchen.
Na een safety briefing, wat is waar aan boord en dit is ongeveer het plan vertrekken we rond 12-en richting Enkhuizen. Weinig wind en druilerigheid helaas, dus meest van de tijd staat de Yanmar op 5 knopen. Er is een tijd afgesproken om de schippers van de 5 deelnemende schepen te laten palaveren om de route van de tocht te bepalen, een deadline dus.
Als we aankomen in Enkhuizen, breekt de zon door en leggen aan in de Oude haven, alwaar ook de Elizabeth, Belloujo, Isis en Kanjer reeds liggen. We maken vluchtig kennis met de bemanningen; dat wordt een oefening in namen onthouden.De Arcadia-bemanning verwent zichzelf met vis en frites. Voor de andere avonden hebben de 3 opstappers ieder een maaltijd voorbereid, wat later verrassend culinair blijkt uit te pakken. Het schippersoverleg levert een prachtige avondtocht naar Den Oever op, vooral omdat, toch wel uitzonderlijk, in de avond de wind gaat aantrekken.
We zeilen met een halvewindse koers langzaam maar zeker de duisternis in. De lichtjes langs de Noord-Hollandse kust gaan aan, de Groote Beer laat zich zien en het wordt serieus koud. De Arcadia vertrekt als laatste, maar komt als eerste aan in Den Oever. De Winner 11.20 Arcadia blijkt een snelle boot en nodigt uit tot voortdurend trimmen. Een boot voor zeilertjes die niet stil kunnen zitten.
Na middernacht passeert de vloot de sluis van Den Oever, vindt men een plaats in het jachthaventje en kruipen de meeste bemanningen diep in de slaapzak.
Zaterdagochtend krijgt het tochtplan meer vorm, d.w.z. een rondje Noord-Holland, met Den Helder als springplank. Relaxed zeilen we (mooi bezeild) rond een uur of twaalf naar het epicentrum van onze Koninklijke Marine en vinden plaats in de fijne beschutte haven van de jachtclub. Het is prachtig weer; velen strekken de benen op en rond de terreinen van onze zeemacht; het ziet er verzorgd uit. Jammer genoeg is de horeca dicht. De CZT-borrel, die voor de nieuwelingen magisch in de oren klinkt, wordt daardoor naar Amsterdam verplaatst.
Onze cruise-director, een soort flottieljecommandant, Mirjam van de Isis besluit met de schippers op eerste Paasdag om 6:00h sharp te vertrekken, zodat het tij zoveel mogelijk in ons voordeel werkt. De dag begint grauw en met te weinig wind om de noodzakelijke 4-5 knopen te varen. Er wordt door alle boten in meerd
ere of mindere mate bijgemotord. De Kanjer en Belloujo trekken grote lappen weinig-wind-zeilen tevoorschijn. Voorbij Bergen aan Zee komt de beloofde wind en krijgen we ook nog een knoop stroming mee. Als kers op de taart verruilt de bewolking zich voor een staalblauwe hemel, zonnebrand! Moeiteloos rollen we de pieren van IJmuiden binnen, schutten en zakken welhaast Admiraal varend in Kiellinie door het Noordzee kanaal naar Amsterdam. Een beetje Sail 750, maar dan heel klein.
Een voor een vinden alle boten een plekje in het waarschijnlijke meest idyllische en verborgen haventje van Amsterdam: Twellegea. We ontmoeten Greet, de oermoeder van CZT en maken een groepsfoto. En dan is het, na het eten, tijd voor de langverwachte borrel. Met z’n allen wordt er lustig op los gedronken en met plezier teruggeblikt op een zeer geslaagde tocht.Voor ons, matrozen Otto en Dirk een mooie gelegenheid nader kennis te maken met de CZT-leden van de overige schepen. Dat lukt best aardig, maar leert ons ook dat daar best wel wat meer tochten voor nodig zijn. Op zondag laat het weer ons in de steek, beetje regen, geen wind en geen zon, maar gelukkig heeft eenieder een uitstekend humeur. Na het say-goodbye gaat ieder haar of zijns weegs (vaarwaters) naar haar of zijn thuishaven.
CZT, bedankt hopelijk mogen wij ons vanaf heden CZT-er noemen.
Otto & Dirk